Je kreeg een dubbele transplantatie. Waarom was dat nodig?
‘Mijn nierfalen werd in 2010 echt problematisch. De nieren functioneerden nog maar voor zeventien procent. Bovendien had ik vanaf mijn zevende diabetes type 1. Daardoor kreeg ik sinds mijn puberteit te maken met allerlei ziekenhuisopnames. Toen de arts vroeg of ik behalve een donornier ook een alvleesklier wilde, heb ik meteen ja gezegd. Een nieuwe alvleesklier zou er namelijk voor zorgen dat ik geen diabetes meer had.’
Hoe lang heb je erop moeten wachten?
‘Na de nodige onderzoeken stond ik slechts één maand op de wachtlijst. De lijst voor zo’n nier-pancreastransplantatie is korter dan die voor mensen die alleen een nier nodig hebben. Ik zat in de Openbare Bibliotheek aan mijn afstudeerscriptie voor de studie Bedrijfskunde te werken, toen ik werd gebeld: we hebben organen voor je. Direct naar Leiden, naar het LUMC.’
Dat is nu ruim 7 jaar geleden. Voel je je nog patiënt?
‘Als ik aan het werk ben en de normale dingen doe, dan niet. Maar wel als ik voor controle naar het ziekenhuis ga; dat is één keer in de drie maanden. En er zijn ook wel meer vervelende dingen. Ik heb chronische zenuwpijn, dat is nog een gevolg van de diabetes. En de medicijnen hebben bijwerkingen. Maar ik kan uitstekend doen alsof er niks aan de hand is, al kan dat ook extra energie kosten. Ik heb een fulltime baan en een druk sociaal leven. Daar heb ik hard voor gewerkt; van heel ziek zijn naar zoals ik nu functioneer. Ik probeer daar optimaal van te genieten, want ik weet dat het niet voor altijd is.’
