Terug naar het vorige niveau: 7. Voorbereiding op de weefseluitname

7.5. Andere verrichtingen in combinatie met weefseldonatie

7.5.1. Thanatopraxie (lichte balseming)

Thanatopraxie is in principe mogelijk in combinatie met donatie van alle weefsels, behalve huid.

Er ontstaan soms onduidelijkheden bij nabestaanden of artsen over de mogelijkheden voor thanatopraxie na donatie. Thanatopraxie wordt inmiddels door een groot aantal uitvaartverzorgers aangeboden en uitgevoerd. De ervaring en expertise van de thanatopracteurs verschilt in de praktijk. Evenals de voorlichting van de uitvaartverzorger/thanatopracteur aan de nabestaanden. Sommige thanatopracteurs geven bij de nabestaanden aan dat de combinatie met donatie niet mogelijk is, omdat zij de procedure na donatie niet kunnen uitvoeren. Hierdoor worden nabestaanden soms gedwongen om een keuze te maken. De NTS heeft hier helaas beperkt invloed op.

7.5.2. Combinatie orgaan- en weefseldonatie en ter beschikking stellen aan de wetenschap

Het kan voorkomen dat een overleden zich heeft aangemeld bij een anatomisch instituut en er ook toestemming is voor donatie. De NTS kan niet inzien of een overledene zich heeft aangemeld bij een anatomisch instituut. De NTS komt hier alleen achter als de arts dit meldt bij de raadpleging of aanmelding. In de meeste gevallen is de arts hiervan op de hoogte omdat de nabestaanden dit hebben aangegeven bij de arts.

Sommige universiteiten (anatomisch instituten) kunnen ook na orgaan- en weefseldonatie een lichaam aannemen voor de wetenschap, maar niet allemaal. Ook kunnen niet altijd alle weefsels gedoneerd worden in combinatie met ter beschikking stelling aan de wetenschap. Dit hangt onder andere af van de wijze van preservatie en verschilt daarom per anatomisch instituut. Het orgaancentrum weet aan de hand van de mogelijkheden per anatomisch instituut of de combinatie van orgaan- of weefseldonatie en terbeschikkingstelling mogelijk is.

Als iemand toestemming heeft gegeven voor orgaan- en weefseldonatie en zich óók heeft aangemeld bij een anatomisch instituut dan krijgt donatie in principe voorrang. De medewerker van het orgaancentrum adviseert de arts om de nabestaanden hierover te informeren. Wanneer de combinatie van donatie en ter beschikkingstelling niet mogelijk is, dienen de nabestaanden dus een keuze te maken.